Lindeboom op het marktplein

Landschap: K.B. van 19 februari 1951 Monument: K.B. van 2 juni 1988

Mythologie

In de Germaanse mythologie was de linde gewijd aan Freya, de godin van de liefde en de vruchtbaarheid. In de Frankische tijd was de linde een cultuurboom. Hij werd bewust in de menselijke omgeving aangeplant: bij de woningen ter bescherming van de bewoners, maar vooral als centrum van de gemeenschap. De dorpslinde was dan een etagelinde gesnoeid in drie verdiepingen om het wereldbeeld van de mens te weerspiegelen. In de bovenste etage woonden de goden, in de middelste de wereldlijke overheden en in de onderste de gewone mensen. Het geheel van de takken omvatte het firmament, de wortels het aardelichaam, en de stam was het centrum van het leven. Tot in het begin van de 19de eeuw had de Retiese lindeboom nog drie verdiepingen.

De lènt een gerechtslinde

De lènt, zegt men in Retie, was naar Germaans gebruik, oorspronkelijk een gerechtslinde. De leden van de schepenbank (drossaard en schepenen) vergaderden onder de breed getakte linde en spraken er recht onder de blote hemel en ‘bij klimmende zonne’. Ook het jaargeding in januari werd lange tijd onder de linde gehouden. Het jaargeding was een algemene en openbare vergadering waarin de burgerlijke bestuurders de problemen van het dorp bespraken. De dorpsgemeenschap mocht daarbij aanwezig zijn. De drossaard, de vertegenwoordiger van de dorpsheer, was als officier van justitie het hoofd van de rechtbank. Bij de rechtspraak stonden vier banken opgesteld, de vierschaar waar rechters, aanklager, verweerder en getuigen plaatsnamen. De beschuldigde stond recht: vandaar de uitdrukking ‘terechtstaan’.

Historiek

De oudste bekende vermelding van de Retiese lindeboom dateert van 1652. Dat jaar schreef de kerkmeester in zijn manuaal (rekeningenboek): ‘item 12 februari ontfangen van de uytvaert en de begrafenis van Syken onder de linde, in de kerke, viij st.’ (8 stuivers). Het betrof het kindje, dat op een vroege morgen op een bank onder de linde gevonden werd. Pastoor Mathias Vos doopte het vondelingetje onder de naam Lucia ‘Sieke’-onder-de-Linde. Zij trouwde later met een zekere Martinus Celen en kreeg in 1639 een kindje, Franciska. Uit opzoekingen door de Retiese heemkundige Edward Sneyers was het zeker dezelfde linde die er nu nog staat. De Retiese lènt is dus vier-vijfhonderd jaar oud. Sneyers acht het zelfs mogelijk dat hij geplant werd in 1332* toen Retie zich losmaakte van het Land van Geel en een zelfstandige heerlijkheid werd met eigen schepenbank.

 In 1849 had de eerstesteenlegging plaats van de weg Turnhout-Mol op het grondgebied van Retie.  De weg werd zo getraceerd dat de linde een vierde van zijn kruin verloor. In 1988 werd de metalen ondersteuning uit 1891 van de lènt vervangen door een ondersteuning in Afrikaans padoekhout.   

* Botanisch gezien is de Retiese linde een Hollandse linde, een kruising tussen de grootbladige of zomerlinde en de kleinbladige of winterlinde. Doorgaans wordt de Hollandse linde 300 à 400 jaar oud, zelden 700 jaar, en van duizendjarige lindes hoort men weinig.